dinsdag 4 mei 2010

F.J. MINK - Nacht van de arbeid



POEZIE EN TOTALE VRIJHEID

Over het gedurfde experiment met ‘Nacht van de arbeid’ van Frans Mink

“Een schrijver zou eigenlijk alles moeten publiceren wat hij schrijft, dat is pas eerlijk. Niet stiekem gaan selecteren. Daarom staat in ‘Nacht van de Arbeid – 1993 compleet’ alles wat ik in dat jaar heb geschreven. Een leespotpourri.”
Deze merkwaardige uitspraken doet F.J. Mink (º1950, Rotterdam), bekender als Frans Mink, op de achterkant van zijn gelijknamige nieuwe boek. Zijn behoefte aan eerlijkheid verschuift de aandacht meteen van product naar proces. Een veronderstelde behoefte aan eerlijkheid moet ik toevoegen, want wie garandeert de lezer dat de schrijver geen ander doel voor ogen heeft, bijvoorbeeld om met dergelijke beweringen meer aandacht te vergaren? Iemand die zoveel met fictie goochelt als een schrijver of een dichter, kan zich dan altijd nog eerlijk noemen.

Mink lijkt dus met ‘Nacht van de Arbeid’ ook beoordeeld te willen worden op het werk achter de schermen, volgens de titel te beginnen met de omstandigheden. Hij heeft er zelf voor gezorgd dat geïnteresseerden weten dat hij vaak nachtdiensten in een fabriek draait, en daar en dan ook volop schrijft en leest. Al op de titelpagina citeert hij in dat verband het collectief Loesje: “Wanneer ik ’s avonds naar de sterren kijk knipoogt er altijd eentje terug”, waaronder hij geschreven heeft: “Je schoon.moeder”. Buiten het bestek van de kaart met deze teksten staat dan nog: “Alle woorden uit 1993 + de wijdvertakte publicaties”. Zo’n verwarrend begin zet de leesattitude natuurlijk meteen op scherp. Ten eerste stelt de aanvankelijk simpel overkomende regel van Loesje je voor het probleem van het woord ‘terug’. Iemand die alleen maar kijkt, knipoogt namelijk niet terug, tenzij je ervan uitgaat dat je met je ogen móet knipperen als je maar lang genoeg staat te staren. Ten tweede moet je je afvragen wat een schoonmoeder onderaan op die kaart moet, onder de naam Loesje om precies te zijn. Het kan simpelweg betekenen dat Minks schoonmoeder daadwerkelijk Loesje heet, of dat hij zich in overdrachtelijke zin schatplichtig aan die groep collega’s wil betonen (Loesje is een club van schrijvers van meestal geslaagde oneliners). Daarmee is echter nog niet de punt verklaard die Mink, pontificaal zelfs, tussen beide elementen heeft geplaatst: schoon plus moeder. Ten derde valt niet te duiden wat ‘de wijdvertakte publicaties’ inhouden, zo pal achter de aankondiging van “Alle woorden uit 1993”, die al een totaaloverzicht belooft en dus een toevoeging overbodig maakt. Puzzelen is meestal leuk maar het moet ook zinvol zijn, er moet iets mee tot stand kunnen worden gebracht en dat wordt hier zeker niet duidelijk.

De verwarring blijft in stand want de opmaak van het boek is een bont geheel van letters in verschillende stijl en grootte en allerhande logo’s en annotaties. Bovendien staan prozastukken, strofen, krantenknipsels en citaten door elkaar. Deze variatie op alle mogelijke details schijnt Minks bedoeling te ondersteunen om geen selectie toe te passen maar alle affe en onaffe schrijfsels in één boek te stoppen en de lezer het zelf maar uit te laten zoeken. Het kan niet anders of er moet dan ook een hoop rotzooi te vinden zijn. En ja hoor, er staat zoveel onzin dat het absurd wordt en daarmee literair toch weer interessant. Veel van die fragmenten vertonen associatief onderling zoveel samenhang dat Mink, hetzij bewust hetzij onbewust, ordenend actief moet zijn geweest. Een voorbeeld op blz. 25:

Tussen haakjes (Waarom smokkelen ze geen softdrugs in gedichtenbundels? Dunne plakken
halve centimeter, in de gedeeltelijk uitgesneden bladzijden verstoppen. De douane kijkt hier
vast niet naar om. Bovendien, gedichten zijn als een geestelijke drug, samen met de plakjes hasj dan een dubbele.)
Geen dubbeldrank maar een dubbeldrug.

Schrijf dus alleen op de tweede
van de maand de vierde de zesde de acht
ste, maar per ongeluk op de
dertiende…

HET SPELLINGCONTROLE PROGRAMMA IS IN GEBRUIK
Microsoft Word zij dank.

Bejaarde man vindt drugs in tijdschrift
DONGEN- Bij een bejaarde in woner van Kaatsheuvel is per abuis een zakje cocaïne of andere harddrug bezorgd, denkt de politie.
Gisteren stapte een 42-jarige vrouw uit Dongen naar de politie met een tijdschrift. Het blad was woensdag bij haar vader in Kaatsheuvel bezorgd. Bij het openvouwen was er een papiertje uitgevallen met een kleine hoeveelheid wit poeder.


En zo gaat het maar door, Mink springt van de hak op de tak, gebruikt álle knoppen op het toetsenbord en mengt als een experimentele auteur uit de jaren zestig allerlei genres. Het gevolg is een kluwen van vervreemdingseffecten die op hun beurt vaak een beroep op de lachspieren doen. Je moet of je wilt of niet telkens glimlachen, ook al kende je het gevoel voor zijn humor nog niet bij jezelf. Nog een fragment, enkele pagina’s verderop, maar noodgedwongen zonder alle tekentjes en kleine afbeeldingen die hij over zijn pagina’s strooit:

Geloofsbelijdenis

Meestal
sleutel
ik
twee
tot
drie
jaar
aan
een
gedicht
en
is
het
ondertussen
twintig-
tot
dertigmaal
uitgetypt
voordat
het
zo
op
papier
staat,
dat
de
lezer
moet
kunnen
denken: ‘

Dit heeft ie vast en zeker in één ruk geschreven.’

(Uit-07.)

Vast geen Vastenavond

Als ratten die ’t zinkend schip verlaten…,

zo sluipen ze vrijdags weg uit onze straten,
de ‘krabben’ die het carnaval haten.

01 juli

Vind de kontjes tussen de klontjes

Tekening maken van geopend Van Gilse Mini suikerdoosje met twee ronde wittige kontjes tus-
sen de rechthoekige suikerklontjes.

02 juli

Wij zitten thuis “rechthoek” de tafel…Op het terras achter huis “vierkant” de tafel. Al-
leen in de Bommesee, in de tuin, kunnen wij “rond” een tafel zitten.

(Ook in Reservoir -4-, dec. ‘93. Blz. 51.)

03 juli

Zelf vliegen?
(advertentie)
Neem een proefles bij Vliegopleiding Seppe (Rijkserkend)

Daar moet je flink voor in de slappe was
zitten, om dit te kunnen betalen…

Seppe Air Service BV

Je moet flink in de slappe was
zitten, om naar beneden te mogen pletteren.

Ook rondvluchten 01652-18167

Doodvallen is alleen weggelegd voor de wel-
gestelden. Armen (en ook benen) gaan gewoon dood.

04 juli

Modelvliegtuigje zorgt voor consternatie
Een hobbyist met een modelvliegtuigje heeft zaterdag
voor grote consternatie gezorgd in de duinen bij Wijk aan
Zee. Een voorbijganger zag het model aan voor een echt
vliegtuig en meldde de politie, toen de eigenaar het model
liet landen, dat er een toestel was neergestort. Politie en
brandweer rukten met meerdere voertuigen uit. ANP

Alwetendheid leidt tot kruisiging.

13 juli

Deze regel moet eenmaal herhaald worden.
(bis)


Deze fragmenten laten zien dat Minks speellust aangezwengeld wordt door vreemde realistische verhalen, uit de krant of van tv, maar misschien heeft hij zelfs díe gewoon verzonnen. Hij presenteert ze in elk geval op een dusdanige manier dat beide opties mogelijk zijn. Hij neemt verhalen, advertenties en wat al niet als uitgangspunt en zoekt daarna naar soortgelijke onderwerpen, zoals hierboven de vliegerij. Soms ook plaatst hij de aanleiding onder z’n eigen bijdrage, zodat het lijkt alsof de dagelijkse werkelijkheid, hoe kolderiek ook, hém op de voet volgt. Dát hij gebruik maakt van o.a. omkeringen, parallellie en herhalingen wordt o.a. aangetoond door het opnieuw verschijnen van de regels van 2 juli op blz. 51, zoals hij op blz. 29 ook aankondigde. We leren er dan bij dat Reservoir niet betrekking heeft op een literair blad maar…op ’t Groentje, kwartaalblad van A.V.V.V. De Bommesee, Bergen op Zoom, en de Bommesee is een vereniging van volkstuinders!

Er bestaat voor Mink geen enkel taboe; elk mogelijk woord, élk onderwerp leent zich als aanleiding voor een literair verwerkingsproces. Wereldnieuws wordt vermengd met de kleinste voorvallen uit het dagelijks leven en andersom, proza met poëzie, stijlproeven met stukjes vol spelfouten… Over spelling brengt hij een van de vele contrasten in ‘Nacht van de arbeid’ in stelling:

Meer dan
een miljoen mensen
hebben moeite met
lezen en schrijven.
Doe er iets aan.

Bel gratis voor
informatie of volg een
cursus dichtbij huis;
0800-0234444

www.alfabetisering.nl

-10

Kwellende polders

De spelling der Nederlandse taal
is op even dagen
de leukste ramp van de
wereld. Een kolder?

Maar tijdens oneven windvlagen
de grootste miskleun van de ganse kosmos…
Heel Nederland blijkt
een kwelpolder.

Wie nog nooit een schrijffout, een spel-
zonde, heeft begaan werpe het eerste deel,
A t/m I van de dikke van Dale of
schere tegenwoordig met de cd-rom.


Hij raadt mensen aan achterstanden in lezen en schrijven weg te werken maar er zijn voor hemzelf geen spellingregels waar hij zich zelf altijd aan moet houden en evenmin algemene spelregels, behalve de grillen die hij daarvoor in de plaats zet. Er heerst totale vrijheid in zijn teksten. Niet voor niets schreef hij al in z’n bundel ‘Te water’ uit 1982 met een knipoog naar Jan Slauerhoff: “Alleen in mijn gedichtenbundels / kan ik nu eens fijn doen / wat ik zelf wil.”
Bij iemand die al 37 jaar publiceert en veel uitgeverservaring heeft, kan het niet anders dan moedwil zijn om bijvoorbeeld de volgende onvolkomenheden toe te laten, en dit is nog maar een kleine greep:

“Gek, dat veel sterke drank lijdt / tot veel slap geouwehoer.”
“En passent een rijmpje pennen.”
“Sportieve sponsering. De VN gaan nu ook sponsoren in de sportwereld.”
“Als hij ’s ochtend om half zeven in bed stapt…”
“Wat een zege. Een hele avond geen tv.”
“Maandag omdat je al het hele weekend apathisch naar die beeldbuis heb kunnen staren.”
“Als u tijdens het lezen stevig zit ter paffen. Kon. Besluit van 8.3.1992, stb.329B.”
“Je proeft er niets van maar het is toch milieuvriendelijk idee om te weten.”


Het boek eindigt met een hilarisch overkomende collagefoto van de dichter in harnas op een roltrap naar beneden, met naast hem op de trede een afbeelding van een doek van Jeroen Bosch met daarop de tekst: ‘Pearls Before Swine – The complete ESP Diks Recordings’, en onder het geheel dan nog eens in grote letters: ‘RIDICULOUS PRICE’.

Er verkeren heel wat vreemde kostgangers in het domein van dichters en schrijvers maar ik ken vrijwel niemand, ook niet in andere taalgebieden, die zo vreemd schrijft als Frank Mink, al was het maar omdat ik ook niemand ken die zó efficiënt de zekerheden van de lezer ontregelt, ook létterlijk ont-regelt. Hij zal een aardige vent zijn, een gewaardeerde collega in de nachtploeg van zijn fabriek, een mafkees en een integere uitgever maar hij is bovenal een liefhebber van taal, iemand die dus onmogelijk van letters en woorden af kan blijven.
Ik weet met al mijn leeservaring niet of ik zijn schrijverij eenzijdig als goed of slecht, grappig of belachelijk, amateuristisch of avant-gardistisch moet bestempelen. Ik houd het erop dat ál deze elementen in ‘Nacht van de Arbeid’ zitten. Dat past in ieder geval bij zíjn stijl en technieken want de elementen waarmee hij zijn pagina’s vult, kennen veel meer nevenschikking dan onderschikking. Wie ‘Nacht van de Arbeid’ bestelt, zal ervaren wat dit betekent. Eén ding is zeker, never a dull page in de boeken en bundels van de hoogst eigengereide en daardoor authentieke F.J. Mink!

NACHT VAN DE ARBEID - F.J. Mink; Uitgave: www.binnenininzinnen.web-log.nl (onder auspiciën van Doorgeverij Zinderend); ISBN niet vermeld; 56 blz.; 2008; Prijs: € 10,-

De Verborgen Hoek, jrg. 1, no. 3, november 2008.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten